Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Zalig [zijn] die [3]treuren; want zij zullen vertroost worden. 3. Dat is, die over de zonden bedroefd zijn; van welke droefenis ook gesproken wordt 1 Kor.5:2, en 2 Kor.7:9, tegen welken gesteld worden die in alle weelde en vreugde leven; Luk.16:19,25.